• Standpunt

Het right to challenge brengt ons verder

Met het right to challenge kunnen bewoners zeggen: die publieke taak kunnen wij net zo goed of misschien wel beter uitvoeren. We gebruiken de kennis en talenten van buurtbewoners om iets voor elkaar te krijgen. Daarmee bereiken we meer doelen dan het doel van de publieke taak alleen. Samen maken we met dezelfde middelen meer waarde. Komen bewonersinitiatieven daarmee tegenover hun gemeente te staan? Wat ons betreft niet. Een overheid die de kracht van de samenleving goed wil benutten juicht een dergelijke opstelling van georganiseerde bewoners toe.

Wat willen we bereiken

Onder bewonersinitiatieven heeft right to challenge een positieve uitwerking. Bewoners zien het als een instrument voor een gelijkwaardige positie, voor meer duurzaamheid binnen het initiatief en de organisatie en als vliegwiel voor meer initiatief en eigenaarschap in de buurt. Met het right to challenge worden bewoners opdrachtnemer en gemeenten betrokken opdrachtgever. Het right to challenge wordt hiermee een nieuw instrument voor gemeenten dat past bij deze tijd. Hoewel de potentie van het right to challenge gezien wordt, is het aantal challenges zelf nog beperkt. Daarom blijven we ons inspannen om te stimuleren dat het Right to Challenge ook echt wordt toegepast.

Wat is het right to challenge?

Het right to challenge staat voor het recht om uit te dagen. Als bewonersgroepen menen dat ze een publieke taak efficiënter of beter kunnen uitvoeren dan de instelling die dat nu doet, hebben ze het recht de opdrachtgever ‘uit te dagen’ tot een nieuwe aanbesteding waarbij het bewonersinitiatief volwaardig deelneemt. Daarbij hoort dat de budgetten die aan publieke taken besteed worden inzichtelijk zijn (buurtbegrotingen). Met dit recht kunnen actieve bewoners bijvoorbeeld betaald het ouderenvervoer overnemen, of betaald het groenbeheer in een wijk gaan doen.

Wat deden we tot nu toe

We zetten in Nederland het Right to Challenge als eerste op de kaart. Het leidde zelfs tot een amendement op de Wet maatschappelijke ondersteuning.

  • 2015 – Right to challenge in de Wmo

    In de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) is op initiatief van LSA een amendement opgenomen: het right to challenge. Kort gezegd biedt het right to challenge de mogelijkheid dat bewoners en buurtinitiatieven zorg- en ondersteuningstaken overnemen en betrokken worden bij de uitvoering van Wmo-beleid. Bijna op hetzelfde moment werd ook in de Bibliotheekwet het right to challenge opgenomen.

  • 2016 – Lokale moties

    Het opnemen van het right to challenge in de Wmo bracht ineens veel bekendheid teweeg. Veel gemeenteraden waren op zoek naar innovatieve vormen van democratische vernieuwing en droegen hun college via moties op om een uitwerking te geven aan het right to challenge.

  • 2017 – Koplopersgroep

    Een groep van koplopers in gemeenteland wordt gevormd. Met name Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Den Haag, Arnhem en Tilburg maken meters. Zij gaan aan de slag met het vastleggen van het right to challenge in gemeentelijk beleid en doen ervaring op met het uitvragen en begeleiden van challenges.

  • 2018 – Het uitdaagrecht in het Regeerakkoord

    Het right to challenge staat in het Regeerakkoord. Het kabinet kiest voor een vertaling van de term en het woord Uitdaagrecht wordt vanaf dat moment samen met het right to challenge gebruikt. Ook het recht op overname (van gebouwen) vindt een plek in de plannen van deze regering.

  • 2018 – 2021 Democratie in Actie

    Van 2018 tot 2021 was het samenwerkingsprogramma Democratie in Actie (DiA) actief om de lokale en provinciale democratie te vernieuwen en versterken. Via LSA krijgen ook bewoners een (bescheiden) plek in dit actieprogramma. Er wordt hard gewerkt aan het uitwerken van en invulling geven aan het uitdaagrecht. Gemeenten, gemeenteraden, bewonersgroepen komen samen om plannen te maken en ervaring uit te wisselen. Tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 2019 zijn er veel gemeenten die in hun coalitieakkoorden voornemens uitspreken over het uitdaagrecht.  Tal van publicaties worden gemaakt. Van heel praktisch naar juridische en bestuurskundige beschouwingen. Het lukt alleen niet om het voornemen van wettelijke verankering ook te realiseren.

  • 2022 – Reprise: een nieuw Regeerakkoord

    Ook in het regeerakkoord dat na lang onderhandelen aan de start van 2022 tot stand komt staat het uitdaagrecht. De wettelijke verankering is een voornemen. De Raad van State was kritisch over de onderbouwing en waarborgen die in het wetsvoorstel staan rondom het uitdaagrecht. Met wat aanpassingen stuurt de minister van BZK in de zomer van 2022 de wet participatie op decentraal niveau aan de Kamer.

  • 2023 – Het Right to Challenge voor iedereen beschikbaar

    Het uitdaagrecht (of right to challenge) is straks voor iedere inwoner van Nederland beschikbaar! Dankzij een amendement op de Wet Versterking Participatie op decentraal niveau van Stieneke van der Graaf van de ChristenUnie wordt dit mogelijk. Gemeenten, provincies en waterschappen hebben veel ruimte om daar naar eigen inzicht invulling aan te geven, maar het komt wel in de gereedschapskist van al deze overheden.
    Een motie die ook werd aangenomen gaat ervoor zorgen dat er ondersteuning wordt georganiseerd (zogenaamd flankerend beleid) om van het uitdaagrecht en de participatieverordeningen een succes te maken. Het jarenlang aandacht vragen voor deze manier van bewonersparticipatie door LSA bewoners heeft gezorgd dat onze democratie nog sterker, vitaler en uitnodigender wordt.

Waar we nu staan

Het right to challenge is tot op heden nog geen doorslaand succes. Hoe komt het dat er vooral veel wordt gesproken, geschreven, onderzocht en gezocht naar een succesvolle invoering van het right to challenge? Maar dat de daadwerkelijke challenges nog niet goed van de grond komen? Naar ons idee is een groot deel van de verklaring te vinden in het feit dat dit nieuwe instrument toch vooral wordt geplaatst in de hoek van democratische en/of bestuurlijke vernieuwing. Het zorgt voor nieuwe verhoudingen tussen lokale overheid en bewonersinitiatieven. Of het helpt de gemeentelijke organisatie te kantelen van binnen naar buiten. Het is een instrument dat ambtenaren die in contact staan met de samenleving helpt om de stugge ambtenaren op de interne afdelingen mee te krijgen richting een responsieve overheid. Of het is een van de financiële instrumenten om beleidsdoelstellingen te realiseren. Actief burgerschap en bewonersinitiatieven om het openbaar bestuur beter te maken dus.

Ontstaan van frictie

En daar wringt het. Want het wordt veel minder gezien als versterking van het sociaal kapitaal, als innovatiekracht van initiatieven van onderop of als manier om ruimte te maken voor bewonersinitiatieven die in meerdere beleidsvelden tegelijk actief zijn. En dat zorgt voor frictie. Want afdelingen aanbestedingen zien het aantal potentiële aanbieders nu groter worden en de variatie in afspraken en contracten diverser en complexer. Juristen krijgen allerlei nieuwe vragen op hun bordje krijgen van toepasselijk recht, via staatssteun en DAEB naar rechtsbescherming. Specialisten Zorg of Verkeer wiens vakinhoudelijke kennis minder belangrijk wordt en ondersteunend worden aan initiatieven uit de samenleving. De afdeling Vastgoed blijft vanuit een bestuurlijke opdracht van het behalen van financieel rendement vasthouden aan marktconforme prijzen. En dan nog maar te zwijgen over raadsleden die zich afvragen hoe de controlerende rol in balans blijft met de kaderstellende rol. De slogan (vrij naar de Belastingdienst) wordt: “makkelijker kunnen we het niet maken, wel leuker!”

Sneuvelende challenges

Vaak zien we dan ook challenges ‘sneuvelen’ of uitstromen naar een andere vorm van samenwerking met of financiering door de gemeente. Tientallen gemeenten gingen – al dan niet met de nodige druk van gemeenteraden –  aan de slag met right to challenge. Niet een nieuwe vorm van bewonersparticipatie. Maar het maken van een heel nieuw speelveld waarin bewoners hun rol konden spelen in de verhouding tussen bestuur en samenleving. Dat hebben ze regelmatig met veel bombarie verkondigd en vervolgens kwamen ze er niet. Bewoners en gemeente waren voor, maar ergens in de ambtelijke molen zijn de rechten knel geraakt en zijn ze niet doorgevoerd. Je kent de termen wel: onderzoek, scan, pilot, proeftuin, de symbolische waarde van beleid…

Wat we nog gaan doen

Werk aan de winkel voor LSA dus. Tot nu toe is het vooral de Tweede Kamer geweest die Right to Challenge in Nederland probeerde aan te jagen. Via amendementen, kan-bepalingen in de Wmo en de wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen, aandringen op Algemene Maatregelen van Bestuur (AMvB) in moties of een initiatiefvoorstel. De minister werd opgeroepen om met een voorstel te komen om het right to challenge wettelijk te verankeren. In de zomer van 2022 maakte de minister eindelijk bekend dat het right to challenge wordt geregeld via de wet versterking participatie op decentraal niveau.

“Dit wetsvoorstel wil de betrokkenheid van inwoners bij de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van beleid van hun gemeente, provincie, waterschap of openbaar lichaam in Caribisch Nederland versterken. Ook wordt het uitdaagrecht, als specifieke vorm van participatie, wettelijk verankerd. Met het uitdaagrecht kunnen inwoners hun overheid uitdagen om de uitvoering van een taak over te nemen zoals het beheer of onderhoud van een park of buurthuis.”

Om met het goede nieuws te beginnen: het is een enorme opsteker dat de huidige inspraakverordeningen worden vervangen door participatieverordeningen die gaan over het gehele beleid van een overheidsorganisatie. Het uitdaagrecht staat daarin als een kan-bepaling. Gemeenten en andere overheden mogen dat besluit zelf nemen. Wij zouden graag zien dat het een zal-bepaling wordt zodat iedere inwoner van Nederland er gebruik van kan maken. De wet moet nog door de Tweede Kamer worden behandeld in de laatste maanden van 2022 of de eerste maanden van 2023. Wij hopen dat de Kamer het met ons eens zal zijn.

Modelverordening

Daarnaast gaan we in 2023 een modelverordening voor het Right to Challenge crowdsourcen onder bewoners, waarmee bewoners vervolgens het gesprek aan kunnen gaan in eigen gemeente. Samen met de voorbeeldverordening die de VNG eerder liet optekenen vanuit gemeenteperspectief, biedt dit stof tot een goed gesprek.

Om deze modelverordening op te stellen gaan we het land in om op verschillende plekken met mensen in gesprek te gaan over hun lokale ervaringen en ideeën. We organiseren digitale inlopen en geven mensen de gelegenheid hun ideeën in te sturen. Deze inbreng gaat vooral over wat de verordening teweeg zou moeten brengen. Met behulp van bestuurskundigen en juristen maken we dit concreet in tekstvoorstellen. Wanneer de modelverordening af is, wordt deze gepresenteerd en breed verspreid in het land.

Meer weten?

Wil je als bewonersinitiatief of als gemeente meer weten over het right to challenge of er  in de tussentijd toch al mee aan de slag met het right to challenge?

  • Maak gebruik van de Keuzetool Financieringsvormen van het programma ‘Financieren in netwerken’ van de Universiteit Leiden. Hierin is een complete beschrijving van Right to Challenge opgenomen: bestuurskundig, juridisch, maar zeker ook vanuit het oogpunt van maatschappelijke vraagstukken en de samenleving. Financiering blijft immers slechts een middel om doelen te bereiken. En dat mogen ook doelen zijn als ‘maatwerk’, ‘sociale winst’ of bijvoorbeeld ‘bevorderen doe-democratie’.

Gerelateerd